Gerelateerd
Lees onze meest recente artikelen op het gebied van seksuele vorming
Zo’n 2.800 basisscholen geven deze week lang les over verliefdheid, weerbaarheid, relaties en seksualiteit: de Week van de Lentekriebels is in volle vaart van start gegaan. In de klaslokalen, op het schoolplein, in de media en online. We geven hierbij een update voor leerkrachten en schoolleiders en een antwoord op veelgestelde vragen.
Dit jaar heeft de Week van de Lentekriebels meer aanmeldingen dan ooit. Leerkrachten en verreweg de meeste ouders vinden dit een belangrijke en leuke week. Met waardevolle gesprekken in de klas en thuis. Helaas wordt er op dit moment nepnieuws en misinformatie over de Week van de Lentekriebels en verschillende lesmaterialen verspreid. Op basis van deze misinformatie maken ouders zich (mogelijk) zorgen. Dat is vervelend, want het is een onderwerp dat met veel zorg is vormgegeven en op school in een veilige omgeving kan worden besproken, met steun van ouders.
Wij willen allemaal dat kinderen een gezonde en veilige ontwikkeling doormaken, passend bij hun leeftijd, leefwereld en de vragen die zij hebben. Dat draagt bij aan een positief zelf- en lichaamsbeeld, (kunnen) communiceren over wensen en grenzen, respectvolle omgangvormen en een veilig schoolklimaat. Daarnaast helpt het jongeren om op een latere leeftijd, als ze seksueel actief worden, verantwoorde keuzes te maken.
Betrek ouders en ga in gesprek
Wij zien dat leerkrachten en schoolleiders vragen krijgen van ouders. In dit nieuwsbericht behandelen wij drie veelgestelde vragen. En doen wij een oproep aan leerkrachten en schoolleiders: betrek ouders en ga met hen in gesprek. Het is belangrijk dat je ouders informeert over de inhoud en het doel van de lessen. Je kunt ouders met vragen ook altijd verwijzen naar de speciale pagina voor ouders: Week van de Lentekriebels: Informatie voor ouders. Ben je in gesprek met ouders en kom je daar niet uit? Dan kun je altijd advies vragen via info@seksuelevorming.nl. Ook ouders kunnen hier terecht met hun vragen.
Lees ook dit bericht over een terugblik op de Week van de Lentekriebels 2023.
Drie veelgestelde vragen
-
1. Hoe zit het met seksuele vorming van kinderen?
Ouders zijn als primaire opvoeders als eerste verantwoordelijk voor het praten met hun kind over verliefdheid, relaties, weerbaarheid en seksualiteit. Daarnaast geven scholen informatie, omdat zij willen bijdragen aan een gezonde ontwikkeling van kinderen. Ook zijn scholen via de kerndoelen verplicht om hier lessen over te geven. Scholen kunnen zelf invullen hoe ze dat doen en welke materialen ze daarvoor gebruiken.
Het doel van de week van de Lentekriebels is dat álle kinderen de informatie krijgen en vaardigheden ontwikkelen voor een gezonde ontwikkeling. Dat is belangrijk, want uit onderzoek blijkt dat kinderen die goede voorlichting krijgen een positiever zelf- en lichaamsbeeld ontwikkelen, beter kunnen communiceren over wensen en grenzen en respectvoller omgaan met elkaar. Bovendien kunnen zij later, wanneer zij seksueel actief worden, verantwoorde en gezonde keuzes maken.
-
2. Hoe ontwikkelen kinderen zich op relationeel en seksueel gebied?
Deze ontwikkeling begint al op heel jonge leeftijd. In elke leeftijdsfase verandert het gedrag van kinderen en willen zij andere dingen weten. Zo zijn kinderen van 4 tot 6 jaar benieuwd naar bijvoorbeeld verschillen tussen jongens en meisjes en waar baby’s vandaan komen, en zijn kinderen van 9 tot 12 jaar nieuwsgierig naar onderwerpen als verliefdheid, voortplanting, verschillen en veranderingen in de puberteit. Goede voorlichting helpt kinderen om ze op deze veranderingen voor te bereiden en belangrijke vragen en twijfels weg te nemen en om ze weerbaar te maken.
-
3. Zetten deze lessen kinderen juist niet aan tot seksueel gedrag?
Het antwoord hierop is volmondig nee. Onderzoek leert dat jongeren die goede relationele en seksuele vorming ontvangen op school, gemiddeld genomen later starten met seksuele handelingen. Als ze er echt aan toe zijn. Juist omdat ze hier van te voren over hebben nagedacht én hier met elkaar over hebben gesproken, dus weten hoe ze over hun wensen en grenzen kunnen communiceren. Daarnaast geven kinderen aan het fijn te vinden om daar met iemand over te kunnen praten die zij vertrouwen, zoals ouders en leerkrachten, hoe spannend of giechelig het onderwerp soms ook is.
Alle ouders willen dat hun kind juiste en betrouwbare informatie krijgt, passend bij hun leeftijd, en niet zelf op internet foutieve (of zelfs schadelijke informatie) gaat vinden. Veruit de meeste ouders vinden het dan ook belangrijk dat hun kind goede voorlichting krijgt, ook op de basisschool.